Door Tonny van Banning, GZ-Haptotherapeut
Houten, 22 september 2014
Wat vorm krijgt kan van binnen naar buiten.
Wat verbeeld wordt werkt bevrijdend.
Het vertrekpunt van bovenstaand beeld was een hoekig , hard stuk marmer. Toch voelde ik de behoefte uit deze steen een omhullend beeld te maken met een zachte uitstraling.
De transformatie van hard naar zacht is een metafoor voor het proces dat ik bij het maken van het beeld doorleefd heb. Het hakken in de steen met hamer en beitel heeft me geholpen een uitdrukkingsvorm te vinden voor in eerste instantie onzegbare ervaringen.
Mijn ervaringen in het warme water hebben me geholpen om dit proces toe te laten, te doorvoelen en helder te krijgen. Daarbij heeft de ruimte, de nabijheid en de affectieve verbinding met de watervrouwen mij geholpen om de gebeurtenis heel vroeg in mijn leven in volle omvang te ervaren en de impact ervan te beseffen. In deze context kon ik pijn en angst werkelijk toelaten en verdragen.
Omhuld door het warme water schieten er beelden van de vele momenten van vluchten en uit de verbinding gaan als in een film door me heen. Ik realiseer me nu pas hoe vaak ik me afgeschermd heb en op mijn hoede was. Tijdens de vervolgcursussen in het warme water word ik me steeds meer bewust hoe moeilijk ik het vond om vanuit mezelf af te stemmen op de ander.
Tijdens de oefeningen realiseer ik me dat werkelijk afstemmen voor mij een brug te ver is: automatisch pas ik me aan. Dat aanpassen bleek een al heel vroeg ingesleten reflex waar ik geen woorden voor had en gevoelsmatig niet bij kon. Ik moest eerst vele malen in de diepte gerustgesteld worden om tot het besef te komen wat ik werkelijk nodig had.Daarom kon ik er ook niet om vragen.
En onbewust zo bleek verwachtte ik van de ander dat deze mijn behoeftes wel zou aanvoelen en vervullen. Ook daar had ik geen besef van, waardoor ik ook niet de eigen verantwoordelijkheid kon nemen om het oude patroon te doorbreken. Bij de oefeningen in het warme water wordt voor mij voor het eerst op vegetatief niveau duidelijk wat er zich steeds afspeelde: ik bevroor. Het water wordt steeds meer een veilige ruimte waarin ik mijn werkelijke afscherming kan ervaren en loslaten. De manier waarop Truus me in het water een goed gedoseerde mix van affectieve nabijheid en autonomie aanreikt geeft me de mogelijkheid daadwerkelijk te voelen wat er gebeurt, ook als ik bevries. In die context durf ik mijn eenzaamheid en paniek te voelen. Heel even dreig ik uit verbinding te gaan maar Truus haar aandacht houdt me in het contact. Ik besef als in een flits dat in die affectieve stroom ik er mag zijn en op dat moment kan ik me openen.
Het luistert zo nou, het moment is precies het goede. Die ervaring raakt me diep. Heel even is er op vegetatief niveau weer dat oude kwetsbare gevoel dat ik er alleen voor sta. In mijn eigen afweer kan ik de ander niet vinden. En als die ander niet met zichzelf verbonden is heb ik nog een probleem, ik heb daar al vroeg een zevende zintuig voor ontwikkeld waardoor mijn afweer zich verdubbelde. Mijn systeem is zo bang voor oude pijn dat ik die zoveel mogelijk probeer te vermijden. Ik vrees dat er weer zout in de oude wond gestrooid wordt.
Dit alles wordt ontkracht als ik vanuit de affectieve verbinding met mezelf het contact met de ander aanga. In het warme water wordt duidelijk voelbaar wat het verschil in presentie is. En als vanzelf is er de door mij zo gewenste wederkerigheid. Het gaat zoveel makkelijker, ik hoef niet te werken of te verkrampen. En aanpassen en bevriezen zijn ook al niet nodig. Wat een opluchting, mijn ademhaling blokkeert niet meer en blijft rustig. Ook alle andere spanningen in mijn lijf als gevolg van het oude reactiepatroon zijn in water zo duidelijk voelbaar. Met steeds minder hulp van Truus kan ik ze los laten en toch in verbinding blijven. Dat laatste kost wel moeite, het oude patroon zit zo diep. Het gebeurt vaak voor ik er erg in heb, Truus ontgaat weinig. Ik voel wel hoe ik steeds zachter word, ook in mijn communiceren en reageren.
De ervaringen in het warme water hebben er aan bijgedragen uit de onbewuste diepte beelden vrij te krijgen waardoor ik mijn verhaal eerst in vormentaal kon weergeven.
Het maken van de stenen beelden heeft me geholpen om datgene dat diep in mij gestold was, naar de oppervlakte te krijgen. Samen legden die twee voor mij een basis voor het doordringen tot mijn bewustzijn van wat er afgelopen tijd is gebeurd. Nu kan ik het onzegbare woorden geven, en kan ik in verbinding en in beweging blijven. In mijn dagelijkse leven uit zich dat in luchtigheid, lichtheid, compassie en genieten in het moment.
Op de bodem van mijn ziel
Ligt het onzegbare verankert
Resonerend in het versteende gemoed
Hamer,beitel en warm water
Brengen mij dichterbij de woorden
Van beelden die nooit vergeten zijn.